HERVORMINGSDAG 2017



REFORMATIE 500 JAAR

Dinsdagavond 31 oktober slaan 6 christelijke gemeenschappen (kerken) in Oudewater de handen ineen om deze Hervormingsdag te gedenken.

Zij doen dit in een avondvullende bijeenkomst verdeeld over 2 locaties.

Om 18.00 uur in “De Rank” wordt de lichamelijke en geestelijke mens gelaafd met een gezamenlijke maaltijd. Hiervoor brengt ieder een portie voedsel mee, voorgerecht, hoofdgerecht of nagerecht. Tijdens het nuttigen van dit voedsel vinden er drie gespreksronden over de eerste drie “sola,s” plaats.

Daarna gaan we naar de Grote of St. Michaëls kerk om te luisteren naar muziek, zang en gebed.

Vanaf 20.15 uur zullen daar in een vesperviering de twee overgebleven “sola’s“ besproken worden. Het kamerkoor ‘Canticum Amicorum’ verzorgt de gezangen.

Dirigent en organist zullen de muziek op een boeiende wijze uitleggen. Er worden werken uitgevoerd van o.a. Felix Mendelssohn, liederen van Luther, Psalm 121 van Adriaan C. Schuurman en het Luthers avondgebed van Arie J. Keijzer. Er is ook plaats voor samenzang, gebed en orgel soli.

Canticum Amicorum staat al jaren onder leiding van Patrick van der Linden, Stadsorganist Gerben Mourik zal het koor deze avond begeleiden.

Deze viering is toegankelijk voor iedere belangstellende!

Een bijdrage aan de uitgang wordt op prijs gesteld.
UITLEG:

Viering reformatie sinds 1517.
Initiatief van de 6 Christelijke gemeenschappen van Oudewater!
Gezamenlijk bereiden zij samen met het IKO een viering voor op 31 oktober 2017.
leidraad in deze feestelijkheden zijn de "Sola's" te weten:

Alleen door de Schrift
Alleen door genade
Alleen door geloof
Alleen Christus
Alleen aan God de eer
 

 
De Reformatie wordt vaak samengevat in 5 Latijnse termen, die stuk voor stuk ‘alleen’ de kern zijn van het protestantse christendom. Deze stellingen zijn tijdens de Reformatie los van elkaar gepresenteerd, pas vanaf de 20e eeuw wordt het als een eenheid beschouwd. Ontdek hier waar deze 5 sola’s precies voor staan.
 
Sola Scriptura – Alleen door de Schrift
 
Protestanten waren én zijn ervan overtuigd dat alleen de Bijbel het Woord van God is, wat toegankelijk moet zijn voor iedereen. Het lezen (in de eigen taal) en interpreteren van de Bijbel was een onmisbaar onderdeel van deze toegankelijkheid. Luther keerde zich tegen de leer van de katholieke kerk, die ervanuit ging dat alleen de paus en de bisschoppen de Bijbel écht goed konden interpreteren.
 
Op 10 december 1520 hield Luther een boekverbranding op een plein net buiten Wittenberg. Hiermee bracht hij radicaal zijn betekenis van Sola Scriptura in de praktijk: alleen de Bijbel is Gods Woord, niet allerlei katholieke theologische werken die er qua interpretatie volgens Luther vaak naast zaten.
 
Sola Gratia – Alleen door genade
 
De 95 stellingen die Luther (al dan niet) op de deur van de kerk in Wittenberg spijkerde, richtten zich voornamelijk tegen de aflatenpraktijk. Met het kopen van een aflaat konden gedane zonden worden vergeven. Biechten en boetedoening leidden daarnaast tot zondevergeving. Luther – en met hem vele andere reformatoren – geloofde dat de mens zelf (met hulp van de priester, bisschop of paus) juist niet voor vergeving van zonde kon zorgen. Alleen Christus‘ kruisdood kon vergeving bewerkstelligen. Dat was ‘gratia’, pure genade.
 
 
Sola Fide – Alleen door geloof
 
Sola Fide is onlosmakelijk met het voorgaande verbonden. De genade in ‘Sola Gratia’ is beschikbaar voor diegenen die in Christus geloven. Protestanten vertrouwen erop dat alleen hij zonden kan vergeven en verlossing kan brengen, dat is volgens hen het ‘ware geloof’.  Dit ‘Sola Fide’ zette Luther tegenover de goede werken die de mens volgens de katholieke kerk ‘moest’ doen als bijdrage aan hun verlossing. Luther – en later ook andere reformatoren zoals Calvijn – baseerden deze theologie onder andere op een gedeelte uit de Bijbel,  uit Paulus’ brief aan de Efeziërs:
 
“Want door genade zijt gij behouden, door het geloof, en dat niet uit uzelf: het is een gave van God; niet uit werken, opdat niemand roeme”
 
Solus Christus – Alleen Christus
 
Deze ‘solus’ zou kunnen worden beschouwd als de kern van het Reformatie-gedachtegoed. Volgens Luther presenteerde de katholieke kerk naast Jezus allerlei extra personen (de vele heiligen, priesters, bisschoppen en Maria) die bij konde dragen aan verlossing en aan contact met God. Naast deze personen ook nog andere ‘zaken’, zoals de voornoemde goede werken, de boetedoening, de biecht en de aflaathandel. De Reformatie ging in tegen al deze ‘extra helpers’: alleen door Christus (en zijn kruisdood) wordt je vergeven en kun je met God in contact staan, daarover waren de reformatoren het roerend eens.
 
Soli Deo gloria – Alleen aan God de eer
 
Dit lijkt een soort reformatorische aansporing tot een daad als antwoord op de voorgaande Sola’s: eer God, omdat Hij uiteindelijk de mens redt en verlost (Sola Gratia) door Jezus‘ sterven (Solus Christus) en het geloof (Sola Fide) aan mensen geeft. Reformatoren vonden dat personen en instellingen – de katholieke kerk met haar clerici en heiligen – teveel eer kregen dat God behoorde toe te komen. God moest geeërd worden door alles heen. Een groot aantal kunstenaars nam dit heel letterlijk: ze ondertekenden hun werk met S.D.G, waarmee ze als het ware hun werk aan God opdroegen. Bach ondertekende bijvoorbeeld een groot deel van zijn cantates hiermee, net als zijn collega’s Händel en Graupner.
Info van Wikipedia